Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga direct naar de content
Tekstgrootte: a a
Contrast:

Voorkom falen bij dementie

Oudere vrouw kijkt naar kipje tijdens dierenbezoek in verpleeghuis
Iemand met dementie een veilig gevoel geven, dat kan! Een glimlach is beter dan een moeilijke vraag stellen. Liever een arm om de schouder, dan een confrontatie met ‘iets wat niet meer lukt’. Tien tips om mensen met dementie écht in hun waarde te laten. Hoe zorgt u voor een veilig gevoel bij iemand met dementie?

  1. Dwing niet. Dwang wekt angst en mogelijk agressie op. Wanneer een persoon met dementie iets niet wil, accepteer dat. Het houdt voor dat moment dan even op. En stel uzelf de vraag: is het écht nodig?

  2. Overvraag niet. Teveel vragen kunnen de persoon met dementie een gevoel van falen geven. Vraagt u iets wat men niet begrijpt of kan uitvoeren? De kans is groot dat er wordt gereageerd met weglopen of verdriet.

  3. Stel geen moeilijke vragen. Help de persoon met dementie op weg, in plaats van moeilijke vragen te stellen. Een te moeilijke vraag is bijvoorbeeld: ‘U kunt zelf uw schoenen toch wel aantrekken?’.

  4. Test niet. Mensen met dementie willen niet steeds geconfronteerd worden met de dingen die ze niet meer kunnen of weten. Test ze niet met vragen als ‘U weet toch wel wie ik ben?’ of ‘Wat heeft u vandaag gegeten?’. Help liever actief, door te zeggen ‘Hier ben ik weer, je dochter Ans’ en ‘U heeft vanmiddag spinazie gegeten, was het lekker?’.

  5. Verbeter niet. Zeg niet: ‘Dat weet u toch wel, dat heb ik net nog gezegd’. Herhaal liever rustig wat u al eerder zei.

  6. Geef geen standjes en veroordeel niet, zoals: ‘Dat mag u niet doen’.

  7. Spreek mensen met dementie niet tegen. ‘Nee hoor, het is helemaal geen lekker weer buiten, dat lijkt maar zo’. De persoon kan schrikken als u een bewering ontkent of afwijst. 

  8. Confronteer niet: ‘Dat hebben we gisteren toch afgesproken?’.

  9. Stel gesloten vragen. Bij beginnende dementie kunt u wel open vragen stellen. Bijvoorbeeld: ‘Wat wilt u drinken?’, dat nodigt uit om te vertellen. In een later stadium van dementie zijn gesloten vragen beter, zoals ‘Wilt u een kopje koffie?’. Het antwoord hoeft alleen maar een knikje met het hoofd te zijn.

  10. Vermijd keuzevragen. Keuzes maken is moeilijk. Bij bijvoorbeeld de vraag ‘Wilt u een kopje koffie of thee?’, is de kans groot dat 'thee' wordt gekozen. Dat komt omdat 'thee' het laatste woord van de zin is. Het is beter om te vragen of ze koffie wil. Vraag dan bij geen reactie of ze thee wil.

 

Lees meer: