Ga direct naar de hoofdnavigatie Ga direct naar de content
Tekstgrootte: a a
Contrast:

Mijn eigen gang kunnen gaan

Mevrouw Griffioen woont in verzorgingshuis Eigen Haard Zwanenburg - uit de serie Mensen van Amstelring
Wie zijn de mensen van Amstelring? Achter elke rimpel schuilt een levensverhaal. Maak kennis met Lea Griffioen (86), zij woont in Eigen Haard in Zwanenburg.

Vrijheid, mijn eigen gang kunnen gaan, en me ontwikkelen. Ik denk dat ik dat in mijn leven het allerbelangrijkste vind. Ik ben geboren een paar maanden nadat mijn oudere zusje is gestorven. Een paar jaar later overleed een van mijn twee oudere broers. Misschien dat ik door die pijnlijke achtergrond altijd wat somber ben geweest? Mijn moeder had dat ook. Ze was zo’n Brabants type, met een enorme boezem. In die eerste maanden hebben we samen vaak gehuild, heeft ze me later verteld. Ik op die boezem. Mijn vader was grondwerker, lang en knokig. Een lieve man, maar heel erg in zichzelf gekeerd, en ook niet vrolijk.

Prachtig leven

Het is raar hoe somberheid en geluk naast elkaar kunnen bestaan. Want ondanks die perioden van neerslachtigheid heb ik een prachtig leven gehad. Ik woonde hier vlakbij in Zwanenburg. Daar heb ik op een dansavond mijn man ontmoet, Jaap. Ik viel voor zijn rustige uitstraling, zijn humor, en zijn olijfkleurige huid. Uitgaan? Nee, dat deden we niet. Verjaardagen waren je uitjes, dan kreeg je een gebakje en een citroentje met suiker.

Geboortebeperking

Het waren de jaren van wederopbouw, alles was nog op de bon. Al vrij snel zijn we getrouwd en anderhalf jaar daarna kregen we onze dochter, Prasada. Dat we maar één kind wilden, stond direct vast. Mijn moeder was al lid van de Nieuw-Malthusiaanse Bond, die voor geboortebeperking was. Ik ging naar de NVSH voor de pil. En heel toevallig is Prasada later bij de Rutgers Stichting gaan werken. Wat bij mij overheerste was de drang om mijn eigen gang te gaan. Ik had de modeacademie gedaan in Amsterdam, en toen Pra er was deed ik nog thuiswerk. De grote vrijheid brak aan toen ik mijn rijexamen had gehaald en een VW Kever van mijn moeder kreeg. Ik kon overal heen!

Kunst

Ik ben toen heel hard gaan studeren. Onder andere aan het Nutsseminarie en de Volksuniversiteit. Geschiedenis, literatuur, talen. Dertig, veertig jaar lang. Zo mooi! Er bleek een geweldige honger naar kennis in mij te huizen. Jaap vond het prima. Hij genoot er zelf ook van mee. Nog steeds zijn we allebei gek op kunst. Hier, dit boek van Jan Mankel, moet je zien, dit winterlandschap. Een van onze favorieten. Jaap woont ook hier in Eigen Haard. Op de pg-afdeling omdat hij intensieve verzorging nodig heeft. Zijn hoofd is nog goed. Ik haal hem ’s middags altijd op, dan is hij een paar uurtjes bij mij.

CVA

De spullen op deze kamer zijn allemaal vol verhalen. Die vaas, een geschenk voor mijn gestorven zus van haar verloofde, die beer die dezelfde vacht heeft als de laatste van onze zeven katten. Deze orchidee… die is van een mevrouw die een tijdje geleden hier is overleden. Oud zijn is niet leuk, dat zeg ik eerlijk. Dat ik vanwege mijn CVA niet meer mag autorijden, kan ik eigenlijk nog steeds niet accepteren. Maar ik moet wel. En met dat gegeven is het wel fijn om te weten dat we hier in heel goede handen zijn. En dat de schoonheid van de kunst geduldig is.